Olieverf, de materie die verleidt. Materie die geduld afdwingt; probleem en antwoord verdiepen.
Aquarel, een ongenaakbaar materiaal dat prikkelt tot directheid en aanwezigheid. Het aantrekkelijke van aquarel is vooral: kleur zonder massa, een gegeven dat goed aansluit
bij mijn wil tot het abstracte.
Dwars, lichtvoetig, stug, manifesteert zich in beide het tekenen.
Met vlak, kleur en lijn maak ik mijn beeld. Wit, rood, geel, blauw en formaat staan ter beschikking.
Open en direct werken met deze kwaliteiten leidt tot helderheid. In deze helderheid ervaar ik begrenzing als een positieve uiting van mijn keuze.
Met verf en formaat ontstaat de huid, die het werk omsluit en opent.
De huid is het moment van contact. De huid is de diffuse grens die het andere vreemd maakt čn herkenbaar.
Tijdens het werken speelt de interactie met muziek een belangrijke rol. Zoals ik de muziek ´slechts´ begrijp als ik haar hoor, zo begrijp ik het schilderen ten volle tijdens het werken.
Ludwig van Beethoven, zeer aanwezig, wijst naar de modern-klassieken en in de jazz blaast John Coltrane zijn partij.